Het huwelijk is voor heiligheid, niet alleen geluk
Auteurs: Paul en Halee Scott
Bron: www.metamorfosemagazine.org
Geen van ons beiden ‘moest’ trouwen. We waren beiden onafhankelijk en over het algemeen tevreden om single te zijn. Paul droomde er van om aan de kust van Newport Beach, California, alleen op een boot te wonen. Halee had plannen om de wereld rond te reizen en overzees Engels te onderwijzen. Toch legden we blootsvoets op het zandstrand van Santa Barbara onze beloften af, te midden van het geluid van aanstormende golven die te pletter stortten op de kust.
Vergis je niet. We waren en zijn nog steeds stapelverliefd op elkaar, maar geen van ons beiden had het huwelijk nodig om ons gelukkig te maken. We waren als alleengaanden immers al gelukkig. We begrepen toen al dat ons huwelijk uiteindelijk meer ging over onze morele ontwikkeling dan over ons persoonlijk welbevinden en tevredenheid. Op die dag wasten we elkanders voeten in de branding, om daardoor onze toewijding aan elkaar te symboliseren.
In het grootste deel van de menselijke geschiedenis en in de meeste maatschappijen is het doel van het huwelijk om door familieverbanden heen te voorzien in economische zekerheid. Het huwelijk dient als een context voor voortplanting. Trouwen voor persoonlijk geluk of liefde werd als een zelfzuchtige daad beschouwd, die de behoeften van de bredere gemeenschap negeerde. Het is pas sinds de twaalfde eeuw dat de troubadours, een groep van reizende dichters, het concept van hoofse liefde introduceerde, zoals we dat vandaag kennen.
Nog andere groepen hebben de geestelijke doelen van het huwelijk benadrukt. De katholieke kerk gelooft dat het huwelijk een sacrament is, omdat de relatie tussen man en vrouw de eenheid tussen Christus en zijn bruid, de gelovigen, symboliseert. In 1930 stelde paus Pius XI voor dat het hoofddoel van het christelijk huwelijk niet de voortplanting of het sacrament is, maar de context voor morele ontwikkeling. Hij schrijft: ‘Van deze wederzijds vorming [van de echtgenoten], deze vastberaden inspanning om elkaar te vervolmaken, kan in een zeer reële zin, de belangrijkste reden en doel van het huwelijk zijn.’
Het probleem – zelfs voor hedendaagse christenen – is dat we huwelijksaangelegenheden meestal op een individualistische manier benaderen. In de hoorn des overvloeds van zelfhulpboeken over het christelijk huwelijk, lijken de leidende vragen te gaan in de richting van ‘wat kan ik hier uithalen?’ of ‘hoe kan ik met dit huwelijk omgaan’, veeleer dan ‘hoe smeden wij samen een eenheid?’ of ‘hoe kan ons huwelijk ons meer op Christus doen lijken?’ Het is niet zo dat God niet wil dat onze huwelijken ons diepe voldoening en geluk brengen, het is eerder dat het huwelijk barst van gelegenheden voor diepere geestelijke groei. Die gelegenheden kunnen we missen als we niet de juiste vragen stellen.
Maar hoe zien die gelegenheden eruit in het dagelijks leven? Op welke specifieke wijze kan het huwelijk ons heiliger maken? Hier volgen enkele kleine specifieke manieren die God gebruikt heeft om deugd in onze karakters te beeldhouwen.
Voorzichtigheid
Het woord voorzichtigheid, vaak vertaald met ‘wijsheid’ stamt af van het woord voorziening, wat ‘vooruitzien’ betekent. Ik (Halee) kan openhartig op een fout reageren. Ik heb altijd een talent gehad om op elk moment precies dat te zeggen wat ik denk, ongeacht de impact die dat heeft op de hoorder. Eerder in mijn leven heb ik gezien hoe beschadigend het is om gevoelens te begraven. In een poging om deze vergissing te vermijden, maakte ik de gelijkaardige en tegengestelde fout, om mij zonder vooraf veel na te denken, uit te drukken.
Maar toen we trouwden, ontdekte ik dat mijn eerlijkheid meer scheiding bracht dan dat ze voor ons huwelijk voordelig was. Ik zag de impact van mijn woorden op Paul en ik begon aandacht te schenken aan hoe hij communiceerde met mij en met anderen. Paul wist wat hij moest zeggen en ook het juiste moment om het te zeggen. Hij sprak bedachtzaam, er zorg voor dragend dat zijn woorden bijdroegen tot het welzijn van anderen. De waarheid hoefde niet altijd pijnlijk te zijn.
Door zijn dagelijkse invloed heb ik geleerd meer tactvol te zijn in de wijze waarop ik dingen zeg. Het was een moeilijke overgang, in het bijzonder in het begin. Gedurende deze periode leerde Paul mij zijn ‘drie-dagen-regel’. Wanneer ik er toe verleid was snel en kritisch op iemand reageren, nam ik drie dagen om er over na te denken en te bidden. Uiteindelijk moest ik om voorzichtigheid te beoefenen in mijn dagelijkse omgang met Paul en anderen de drie-dagen-regel niet meer toepassen. Ik was in staat om ‘te voorzien’ en te onderscheiden welke woorden anderen het best zou de opbouwen.
Moed
C.S. Lewis noemde moed ‘de hoogste vorm van elke deugd op het moment dat ze op de proef wordt gesteld’. Moed is niet de afwezigheid van angst, maar veeleer de bereidheid een stap vooruit te zetten, ondanks angst. In de loop van ons huwelijk heb ik (Paul) gezien dat Halee telkens opnieuw moed toonde. Ze solliciteerde en werd aangenomen voor banen waarvan ik dacht dat ze er meer ervaring voor nodig had. Hoewel ze bang is om in het openbaar te spreken, spreekt ze regelmatig voor honderden mensen. De nacht toen onze dochter werd geboren en de barensweeën intensiever werden, betrapte ik haar, één enkele minuut op huilen (toen ze dacht dat ik niet keek). Om onze dochter ter wereld te brengen, ging ze door zestien dappere uren van arbeid heen.
Ik stap liever niet buiten mijn comfortzone, maar wanneer ik over de jaren heen Halee moed zag aanwenden, gaf mij dit moed om in het midden van een recessie mijn baan op te zeggen. Ik had veertien jaar voor het bedrijf gewerkt en ik wist dat God mij riep om voor lange tijd het bedrijf te verlaten. Ik kon me niet voorstellen om, na al die jaren die ik in het bedrijf had geïnvesteerd, weg te gaan. Terwijl ik me afvroeg hoe ik in staat zou zijn om voor mijn gezin te voorzien, was ik bang. Maar uiteindelijk stapte ik op en pakte het werk aan waartoe God mij had geroepen.
Matigheid
Augustinus schreef: ‘volledige onthouding is gemakkelijker dan volmaakte matigheid’. Matigheid is het vermogen om gematigdheid in actie, gedachte of emotie in praktijk te brengen. Ik (Halee) ben nooit goed geweest met matigheid. Zowel in werk als spel lijk ik steeds in extremen te handelen. Toen ik op school zat, was het onvoldoende om één baantje te hebben wanneer ik tijd had voor twee of drie. Het was onvoldoende om drie mijl te lopen wanneer mijn dagelijks doel vijf mijl was. Het was onvoldoende om de rommel rond het huis op te rapen wanneer de vloeren moesten worden gedweild en de plinten geschrobd.
We waren nog niet zo lang getrouwd, toen ik ontdekte dat Paul deze ‘waarde’ niet deelde. Hij was een ijverig werker, maar voelde zich niet gedrongen om buitensporig veel uren in het werk te stoppen. Op school was hij tevreden met een 7 of zelfs een 6, terwijl ik zweette om minstens een 8 te halen. Wanneer hij het huis schoonmaakte, stofte of boende hij niet altijd de leren zetels. Wanneer we bergen beklommen, hoefde hij niet naar de top. Hij was tevreden om tot halverwege te gaan. Voor hem was niet zozeer de bestemming maar de reis van belang.
Geloof het of niet, het verschil in onze aanpak van dingen was in ons huwelijk één van de grootste bronnen van conflict. Maar meestal was zijn gematigde benadering de beste weg. Ik heb geleerd om in verschillende gebieden van mijn leven matigheid in praktijk te brengen, ook al komt het niet altijd van nature.
Liefdadigheid
Liefdadigheid is de belangrijkste van de drie theologische deugden (geloof, hoop, liefdadigheid). Liefdadigheid is agapé-liefde, onvoorwaardelijke zelfopofferende liefde. Thomas van Aquino beschrijft ze als ‘de meest uitstekende van alle deugden… De gewoonte van liefdadigheid strekt zich niet alleen uit tot de liefde voor God, maar ook tot de liefde voor onze naaste’. Een vergissing die mensen in het huwelijk vaak maken is om voor hun ‘rechten’ te vechten, terwijl liefdadigheid of liefde vraagt dat we onze ‘rechten’ voor God of omwille van de anderen opgeven.
Zo denken mannen bijvoorbeeld dat ze ‘recht’ hebben op hun eigen ruimte en hun eigen tijd (zoals een avond uit met de mannen), maar ik (Paul) realiseerde mij dat de ‘rechten’ die ik meende te hebben eigenlijk egoïstische aspecten van mijn karakter waren en dat God dit door ons huwelijk wilde veranderen. Toen ik mijn rechten opgaf – zoals een avond uit met vrienden schrappen, om voor Halee en de kinderen te zorgen, toen ik wist dat ze een lange dag had op school of werk – werd ik meer ijverig, gemotiveerd en gevoelig voor de behoeften van anderen.
Het huwelijk voorziet in een dagelijkse context voor geestelijke groei omdat het gelegenheden biedt om zondige tendensen af te leggen en meer deugdzaam gedrag in praktijk te brengen. De Romeinse lyrische dichter Horatius schreef: ‘Ondeugd ontvluchten is het begin van de deugd.’ Elke actie die we ondernemen, heeft gevolgen voor ons karakter. Onze acties worden gewoonten en gewoonten, zoals sporen in een veel belopen pad, worden ons karakter.
© Dit artikel verscheen op www.todayschristianwoman.com. Paul and Halee Scott, Marriage Is for Holiness, Not Just Happiness. How our marriage has made us better people. Gebruikt met toestemming van Christianity Today International, Carol Stream, IL 60188.